Bovenlokaal of lokaal? Een nieuw decreet wijzigt het speelveld

item_left

item_right

Bovenlokaal of lokaal? Een nieuw decreet wijzigt het speelveld

Lokaal Netwerk
(c) OP/TIL vzw

Context:

De Vlaamse Regering besliste recent om het participatiedecreet af te schaffen en de maatregel rond de lokale netwerken onder te brengen in het nieuwe decreet over de bovenlokale cultuurwerking dat in werking treedt op 1 januari 2027. Dit brengt ook met zich mee dat in de toekomst enkel nog bovenlokale netwerken kunnen erkend worden vanuit een intergemeentelijke samenwerking cultuur (IGS) en dat er na 1 januari 2026  geen (nieuwe) lokale netwerken meer erkend worden. Bestaande lokale netwerken die erkend zijn vóór het in werking treden van het nieuwe decreet, kunnen door een overgangsmaatregel wel nog blijven bestaan tot en met 2032. 

Hieronder gaan we kort in op de grote lijnen van de beleidsveranderingen en de gevolgen ervan voor zowel de huidige lokale netwerken als de intergemeentelijke samenwerkingen cultuur  Daarnaast bieden we ook een overzicht van de ondersteuning die Demos biedt aan zowel de bovenlokale als de lokale netwerken. 

De nieuwe regelgeving

Sinds 2008 subsidieert Vlaanderen de lokale netwerken vrijetijdsparticipatie om de participatie van mensen in armoede aan het vrijetijdsaanbod, te versterken. Uniek aan deze netwerken is dat ze ook sterk participatief worden opgebouwd. Naast de vrijetijdsdiensten van een lokaal bestuur en het OCMW worden ook armoedeverenigingen betrokken. Intussen besliste de Vlaamse Regering om vanaf 2027 enkel nog bovenlokale netwerken vrijetijdsparticipatie te erkennen. Voor de bestaande lokale netwerken geldt een overgangsperiode tot en met 2032, maar uiteraard kunnen zij ook al eerder ervoor kiezen om op te gaan in een bovenlokaal netwerk, mits er een erkend IGS cultuur is in de regio waar zij deel van uitmaken. 

Met het bovenlokaal cultuurdecreet worden onder meer de intergemeentelijke samenwerkingen (IGS) cultuur, het steunpunt Op/Til en de projectsubsidies voor kleine en grote cultuurprojecten, geregeld. Het decreet bevat nu dus ook de mogelijkheid voor een IGS cultuur om een bovenlokaal netwerk vrijetijdsparticipatie op te starten. Belangrijk om weten is alleszins dat een intergemeentelijke samenwerking cultuur niet verplicht is om een bovenlokaal netwerk vrijetijdsparticipatie op te richten. Als het IGS ervoor kiest om er één op te richten, ontvangt het  wel een trekkingsrecht vanuit Vlaanderen dat het kan inzetten voor het toegankelijk maken van vrije tijd. 

De filosofie achter de netwerken vrijetijdsparticipatie blijft in grote lijnen alleszins dezelfde. Ook de verplichte samenstelling van partnerorganisaties is vergelijkbaar met die van de huidige lokale netwerken: de vrijetijdsdiensten (jeugd-, sport- en cultuurdienst) die binnen het grondgebied van het bovenlokaal netwerk actief zijn, de OCMW’s en de verenigingen van personen in armoede of andere relevante organisaties met personen in armoede als doelgroep.  Ook de term 'vrijetijdsparticipatie' blijft behouden: het gaat m.a.w. niet enkel over het toegankelijk maken van het cultuuraanbod, maar even goed over sport, jeugdwerk en bij uitbreiding ook het andere vrijetijdsaanbod (vakanties,...). Om de contacten met de actoren binnen sport en jeugdwerk, mogelijk te maken, blijft er alleszins een heel belangrijke rol weggelegd voor de lokale besturen. Een enkele uitzondering daargelaten, zijn er immers nauwelijks vergelijkbare regionale netwerken binnen de sport en het jeugdwerk.

Wat wel verandert is de schaal van het netwerk en de cofinanciering. Die laatste is niet langer verplicht. Ook de aanvraagprocedure en de beoordeling gaan er anders uitzien: zo zal het bovenlokaal netwerk onder andere een eigen omgevingsanalyse moeten maken en zal het dossier niet langer door de Vlaamse administratie worden beoordeeld, maar door een beoordelingscommissie.  Diezelfde regels (omgevingsanalyse, beoordelingscommissie,...)  gelden trouwens ook voor de huidige lokale netwerken die in de volgende legislatuur kiezen voor de overgangsmaatregel. Voor hen verandert de procedure dus ook.  De erkenning van een bovenlokaal netwerk kan ten slotte ook alleen maar als ook het IGS erkend wordt voor de bovenlokale cultuurwerking. Vooral In de artikels 40-46 en artikel 102 van het decreet wordt ingegaan op de netwerken vrijetijdsparticipatie. Je kan het daar nog eens nalezen, maar nog beter: HIERONDER IN BIJLAGE vind je een overzichtelijke samenvatting.  Lees het zeker na! 

Intussen is ook  het uitvoeringsbesluit dat de verdere details regelt, definitief goedgekeurd je vindt het hier (met name artikels 57-63 en 93,96 zijn hier relevant). Hiermee geldt de volgende timing voor de lokale en bovenlokale netwerken: 

  • 30 november 2025 : Vastlegging maximale trekkingsrechten per gemeente
  • 1 april 2026: deadline voor indienen aanvraag bovenlokaal netwerk (IGS) of lokaal netwerk (lokaal bestuur) onder de overgangsmaatregel
  • 1 oktober 2026: deadline beslissing goedkeuring werkingssubsidies (trekkingsrechten) bovenlokaal netwerk of lokaal netwerk onder de overgangsmaatregel. Op dat moment weet een IGS ook of het erkend wordt voor haar bovenlokale cultuurwerking
  • 1 januari 2027: opstart bovenlokale netwerken en lokale netwerking (overgangsmaatregel) binnen de nieuwe regelgeving
  • 1 april 2029: Tweede mogelijkheid om in te dienen als IGS voor een bovenlokaal netwerk vrijetijdsparticipatie (= in tegenstelling tot de huidige regeling waar je jaarlijks kan indienen voor een lokaal netwerk, zijn er nu maar 2 momenten voorzien in de volgende legislatuur). 

(c) Jason Goodman op Unsplash

En nu ? 

Met de administratie CJM bereiden we momenteel ook meer uitgebreide infomomenten voor. We zullen hierover berichten van zodra er meer duidelijkheid is. Maar heb je intussen vragen over je lokaal netwerk of over de bovenlokale netwerken vrijetijdsparticipatie, contacteer ons dan gerust:

- via mail: lokalenetwerken [at] demos.be of bart.ketelslegers [at] demos.be

- telefonisch: 0477 13 55 97 (Bart) 

We denken alleszins graag met je mee. Vandaag hebben we ook nog niet alle antwoorden, maar zodra het uitvoeringsbesluit definitief is goedgekeurd, zullen we de vragen waarop we zelf geen antwoord hebben, ook voorleggen aan de administratie CJM en hierover terugkoppelen. 

Voor meer algemene vragen over het oprichten van een intergemeentelijke samenwerking cultuur of de projectsubsidies in dat kader, verwijzen we graag door naar  onze partnerorganisatie Op/Til . Meer info over Op/Til: zie https://www.cultuuroptil.be/ . Zoek je meer info over de huidige intergemeentelijke samenwerkingen of de mogelijkheid om er één op te richten, kijk dan op https://www.cultuuroptil.be/cultureel-netwerk

Verdere ondersteuning door Demos/publiq

Ook voor Demos verandert er één en ander en zal de werking zich voortaan binnen publiq situeren. Onze ondersteuning  beperkt zich niet tot het informeren over het decreet. We gaan vooral ook graag procesmatig aan de slag. De ondersteuning aan de lokale netwerken vrijetijdsparticipatie blijft dan ook gegarandeerd zolang deze netwerken bestaan (tot en met 2032). Daarnaast kijken we ernaar uit om ook de IGS’en die een bovenlokaal netwerk vrijetijdsparticipatie oprichten, te ondersteunen, nu en in de toekomst. Die ondersteuning gebeurt op verschillende vlakken:

  • We ondersteunen intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en lokale besturen op maat bij de oprichting van de bovenlokale netwerken vrijetijdsparticipatie. We ondersteunen bij het nadenken over mogelijke partners, bij het formuleren van de visie op vrije tijd en armoede en bij het bepalen van doelen en acties.
  • Ook bieden we ondersteuning aan intergemeentelijke samenwerkingen en lokale besturen die een doorstart nodig hebben van hun netwerk vrijetijdsparticipatie: bijvoorbeeld o.w.v. personeelswissels of omdat het netwerk even stil heeft gelegen,…. We bekijken op maat wat er nodig is in dat geval.
  • Trekkers van de netwerken vrijetijdsparticipatie kunnen bij ons terecht voor advies en coaching. In dat laatste geval, zijn we vooral een klankbord om mee na te denken over de aanpak van een vergadering, een actie, een uitdaging binnen de samenwerking,… Mail of bel ons en we plannen een moment in (fysiek of via Teams)
  • Ten slotte is er onze helpdesk voor concrete vragen waar je snel een antwoord nodig hebt, kan je ons tenslotte altijd contacteren via mail of telefonisch (zie hoger). Je krijgt snel een antwoord van onze medewerkers

Deze ondersteuning is gratis voor de lokale en bovenlokale netwerken. Daarnaast bieden zetten we in op vorming, inspiratie en (praktijk)uitwisseling rond specifieke thema’s. Via onze nieuwsbrief ‘vrije tijd in de netwerkgemeente’ communiceren we geregeld over dit extra ondersteuningsaanbod. Mocht je dit artikel gevonden hebben op een andere manier dan via onze nieuwsbrief, schrijf je dan in via deze link

Voorbeelden en inspiratie vandaag

Misschien wil je intussen al een eerste idee krijgen van wat een bovenlokaal netwerk kan inhouden. Ook vandaag bestaan er reeds een paar netwerken vrijetijdsparticipatie die de gemeentegrenzen overschrijden.  Zij dienden vanuit de huidige regeling in voor een regionaal netwerk. Het gaat om twee intergemeentelijke samenwerkingen cultuur (Neteland en Noordrand) en één intergemeentelijke samenwerking rond jeugd (beleefproject regio Zoutleeuw).

  • Regio Neteland plaatste een filmpje op haar website waarin het ontstaan en de samenwerking binnen het regionaal netwerk vrijetijdsparticipatie wordt uitgelegd door Tine Van den Heuvel, de voormalige coördinator van het IGS cultuur. je vindt het hier . 
  • Op de website van Cultuurregio Noordrand vind je de afsprakennota van het regionaal netwerk vrijetijdsparticipatie waarin ook het proces geschetst wordt om tot een regionaal netwerk te komen. Daarnaast vind je er ook een interview met de Demos-medewerkers waarin we een aantal aandachtspunten meegeven voor een regionaal (of bovenlokaal) netwerk vrijetijdsparticipatie